In het midden van Laos ligt een grot van 7,5 km; de Konglor Cave (of Kong Lo – de schrijfwijze van plaatsen in Laos varieert nogal). Het schijnt lastig te zijn om er te komen. Achteraf blijkt vertrekken een stuk moeilijker te zijn.

Vanuit Vientiane nemen we de bus naar Konglor village. Die zou er vijf uur over moeten doen. In Laos weet je het echter nooit.

De bus is gevuld met locals en een paar andere witte mensen. In het gangpad zitten mensen op plastic stoeltjes. We stoppen bij haltes, die wij niet als zodanig kunnen herkennen.

Uit het laadruim komt de bagage van de locals, grote zakken met groenten, planten en rieten manden. Druk roepende dames komen de bus binnen om snacks te verkopen; gegrilde kippen en eieren op een stok.

We missen nog de Lao Karaoke die we in de bus naar Vientiane wel hadden.

In Konglor stappen na ruim 7 uur in de bus 6 mensen uit; twee Duitsers, een Hongaar, een Israëli en wij. Uit een andere hoek komt een Canadese aanwaaien. Een bont reisgezelschap voor de komende dagen.

De dame van het guesthouse (waar heel ’toevallig’ de bus is gestopt) staat al klaar met sleutels. Een kamer voor 60.000 (€6). Een koopje.

De dag erna gaan we vroeg de grot in. Heen en terug zo’n 2,5 uur in het donker en spelen met de zaklamp. De Canadese denkt dat de batterijen van haar zaklamp op zijn, de Hongaar zegt dat ze haar zonnebril af moet doen.

Er zou een bus vertrekken om 13:00. Of eigenlijk tussen 13:00 en 14:00 (het blijft Laos). Er komt uiteindelijk helemaal geen bus. De Israëli gaat op tuktuk jacht, de Duitse helpt hem met onderhandelen, de Hongaar zit op de uitkijk en eet een ijsje, de Canadese gaat aan het eind van het dorp op een tuktuk wachten, de Duitser ligt muziek te luisteren of te slapen, Finbar mengt zich ook in de tuktuk jacht en ik fiets naar een ander guesthouse om een minivan te regelen.

De minivan-chauffeur is wederom van het type minivan-chauffeur. Hij wil niet onderhandelen en rijdt bijna weg. We gaan toch. Hij rijdt ons naar Thakhek. De plek waar de bussen richting Pakse gaan.

Wij slapen in een uiterst groezelig guesthouse (€5!) op het busstation en reizen de dag erna verder. Lakenzakken zijn soms heel bruikbaar.