Islamabad zien we eigenlijk niet écht. De enorme Faisal moskee weer wel. Net als honderden andere mensen die daar komen recreëren. En voor veel van die mensen zijn wij de grootste attractie. Maar we hebben iemand bij ons die voorkomt dat we de hele tijd staan te poseren.
We eten Afghaanse kebab bij Old Kabul in wat wij vermoeden de expat-buurt. Dus, nee we zien Islamabad niet zoals op tv in het nieuws of in Homeland. Maar er schijnt dan ook weer niet zoveel te zien te zijn.

(Onderweg naar Islamabad rijden we trouwens langs de compound waar ene O. Bin Laden zat. Op de dag dat wij in Islamabad zijn is er 70 km verderop een aanslag gepleegd op minister Khanzada. En over de Babusar Pass rijden patrouillewagens met dikke mitrailleurs rond. Veilig is het wel, maar niet zo vanzelfsprekend als bij ons.)

Lahore heeft een hele andere dynamiek en lijkt ergens wel wat op Kathmandu. Het is er altijd veilig geweest en veel Pakistanen zijn daarheen gevlucht.
Het is chaotisch druk. En warm. Een constante stroom aan gutsend zweet is het resultaat.
Na aankomst in het enige hostel van Lahore gaan we naar de Wagah border. De beruchte grens tussen Pakistan en India waar elke dag een vlaggenceremonie plaats vindt. Vandaag supporten we de Paki’s en morgen de Indiërs.

We gaan met onze nieuwe vriend Shahid. Een hilarische gast bomvol heerlijke anekdotes.
Drie gasten en een eenbenige extremist hitsen het publiek op (het schijnen acteurs te zijn). Dan gaan de mannen met snorren en gekke helmen aan de slag. Met ferme tred komen de guards aan marcheren en onderwijl doet één van hen een bom na (met z’n stem). De ceremonie is theatraal, vreemd, pompeus en idioot. En de mensen die performen lijken het allemaal bijzonder serieus te nemen. In ieder geval kunnen de guards hun benen heel hoog in de lucht schoppen.

(tekst gaat verder onder de foto)

Mr. Pakistan

Daarna zien we de oude levendige stad met alle historische gebouwen en de bazaar. Ronkende brommertjes, getoeter, krioelende mensen, grote zaken specerijen en levende kippen die voor 165 Pakistaanse Roepie (zo’n € 1,45) per stuk worden verkocht.

Op het dakterras van het hostel drinken we Pakistaanse pinten met Karim en Shahid. De hosteleigenaar (de aardigste ooit) regelt chapati’s swarma voor ons.
Het laatste restje Hunza water (huisgebrouwen schnapps uit de Hunza Valley) gaat ook op.

Lahore ligt in Punjab, net als Amritsar in India zo’n 50 km verderop. Onze eindbestemming vandaag. Maar eerst zien we de mensen en de goedkope kippen wakker worden in de oude stad, bezoeken een oude moskee, zien we Lahore fort en de nabij gelegen rode moskee.

In het hostel hangen platen die op de rijkversierde Pakistaanse vrachtwagens prijken. Ik vraag aan de hosteleigenaar waar we zoiets kunnen kopen en prompt pakt-ie een stoel en gereedschap om één van de platen van de muur af te schroeven.

De Wagah border is een stuk rustiger wanneer het als grens functioneert. Er passeren maar weinig mensen de lijn (het is voor inwoners van beide landen erg moeilijk het buurland te bezoeken; familiebezoek kan voor 72 uur en Sikh pelgrims kunnen naar Lahore) en bussen hebben een andere gate.
Bij de parkeerplaats staat een pretpark-achtig treintje klaar om ons verder te brengen.

Na de Disney experience komen we bij het nagenoeg lege douane-gebouw. Een oude kerel dringt zich op als onze porter (en verdient daar bijna een hele kip mee). De douanier loopt met Finbars paspoort een hok in. Na lang wachten blijkt dat ze in Sost de oude douane stempels nog gebruiken. Na wat wikken en wegen mogen we het land toch uit.

We lopen naar het hek waar de avond ervoor de been-in-de-lucht poppenkast plaatsvond. Een dikke witte lijn scheidt Pakistan van India. De porter legt demonstratief onze tassen op de lijn. Aan de overkant staan alweer andere mannetjes klaar.